Vrouwen in verzet. Een Utrechtse liquidatie
Het beruchte hoofd van de Utrechtse politie en NSB’er Gerardus Johannes Kerlen wordt op 3 september 1943 doodgeschoten door het verzet. De dader: de half-Joodse verzetsvrouw Truus van Lier. Verzet is niet alleen mannenwerk, veel vrouwen zijn nauw betrokken bij het verzetswerk.
Liquidatie Kerlen
Gerardus maakt jacht op Joden en verzetsmensen. Wanneer er weerstand ontstaat tegen het arresteren van Joden drukt hij dit snel de kop in en wordt het aantal NSB’ers binnen het korps vergroot. De agenten die weigeren Joden op te pakken duiken onder. Als straf worden hun families gearresteerd. Dit is waarschijnlijk de druppel die de emmer doet overlopen, Gerardus moet dood. Op weg naar huis wordt hij doodgeschoten door Truus.
De Liquidatie van Gerardus Johannes Kerlen vond plaats op 3 september 1943 in Utrecht. Hij werd doodgeschoten door Truus van Lier. Kerlen was de hoofdcommissaris van de Utrechtse politie en verantwoordelijk voor het nazificeren van het Utrechtse politiekorps en het oppakken van Joodse onderduikers.
Meer over Liquidatie van Gerardus Johannes KerlenDader
Het verzetswerk van Truus begint klein. Ze heeft contact met Duitse officieren en NSB’ers om informatie los te krijgen, spioneert bij het vliegveld Soesterberg, werkt als koerierster en begeleidt Joodse onderduikers naar onderduikadressen. Ze leeft steeds meer een zwervend bestaan langs verschillende onderduikadressen. Ondanks deze maatregelen wordt de liquidatie van Gerardus haar fataal. De SD zet een beloning van 10.000 gulden op haar hoofd en ze wordt op 14 september gearresteerd. Truus wordt veroordeeld voor moord en naar Kamp Sachsenhausen afgevoerd. Ondanks dat er in principe geen vrouwen worden gefusilleerd, gebeurt dit toch op 27 oktober 1943 in dit Duitse kamp.
De Arrestatie van Truus van Lier vond plaats op 14 september 1943 in Haarlem. Na de liquidatie van Gerardus Johannes Kerlen zette de SD een beloning van 10.000 gulden op haar hoofd. Ze kon uiteindelijk gearresteerd worden door verraad.
Meer over Arrestatie van Truus van LierLouis (Loe of Lou) de Jong (Amsterdam, 24 april 1914 – aldaar, 15 maart 2005) was historicus en journalist. Loe de Jong is vooral bekend geworden door zijn veertiendelige standaardwerk Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog (1969 - 1994) over Nederland en Nederlands-Indië in de Tweede Wereldoorlog. Hij was directeur van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie van 1945 tot zijn pensionering in 1979. Tijdens de oorlog vluchtte De Jong naar Londen en was hij daar actief als verslaggever van Radio Oranje. Hij verloor zijn ouders, zijn zusje en zijn tweelingbroer, die allen de oorlog niet zouden overleven. Bron: WO2Net Biografieën.
Meer over Loe de JongGeertruida (Truus) van Lier (Utrecht, 22 april 1921 - Sachsenhausen, 24 november 1943) was een Nederlandse verzetsdeelnemer tijdens de Duitse bezetting van Nederland. Ze wist te infiltreren in de Wehrmacht en de NSB. Van Lier is onder meer verantwoordelijk voor het liquideren van de Utrechtse politiecommissaris Gerardus Johannes Kerlen. Hiervoor werd zij in 1943 opgepakt. Op 24 november werd Truus van Lier in Sachsenhausen geëxecuteerd. Bron: WO2Net Biografieën. Truus van Lier speelde, als lid van CS 6, de volgende rol(len) in het verzet: Gewapend verzet en Spionage. De volgende korte omschrijving van het verzetswerk is bekend: infiltreerde de NSB en de Wehrmacht in Amersfoort. Ze maakte bijvoorbeeld foto’s van vliegveld Soesterberg en speelde die door naar het verzet. Ze werkte als koerierster van illegale lectuur, bracht wapens rond en bracht Joodse onderduikers naar hun verblijfplaats. Truus van Lier werd in Haarlem opgepakt, nadat ze in Utrecht op 3 september 1943 NSB hoofdcommissaris Gerardus Johannes Kerlen dood schoot. Bronvermelding: Noord-Hollands Archief: Lijst van Vrouwen in verzet.
Meer over Truus van LierVerzetsfamilie
Truus' arrestatie heeft grote gevolgen voor haar familie. Oudere zus Wilhelmina is ook bij het verzet betrokken en vlucht met haar vriend via Frankrijk en Spanje naar Engeland. Zo weet ze te overleven. Nicht Trui van Lier redt via de Utrechtse crèche Kindjeshaven Joodse kinderen. Hier stopt ze direct mee en duikt onder.
De Kindjeshaven was een crèche in Utrecht, waar tijdens de bezetting Joodse kinderen werden opgevangen en doorgestuurd naar onderduikadressen. De crèche werd in oktober 1940 opgericht door Trui van Lier. Vanaf 1941 wist ze samen met Jet Berdenis van Berlekom 150 Joodse kinderen te redden.
Meer over KindjeshavenOndertussen probeert moeder Derkje Willemina van Lier-Wensink haar dochter vrij te krijgen. Na een bezoek aan de gevangenis wordt ze zelf gearresteerd en komt als gijzelaar in Kamp Vught terecht. Op 22 maart 1944 wordt ze naar Kamp Ravensbrück getransporteerd. Hier overlijdt ze op 17 januari 1945. Truus’ Joodse vader Willem Alexander Paul van Lier is dan al ondergedoken en overleeft in onderduik. Pas in juli 1946 kan het Rode Kruis hem vertellen dat zijn jongste dochter Truus omgebracht is.