Groote Heilige-Geestpolder 1699-1978

Op 6 mei 1698 kwamen ingelanden van het tussen de Herenweg, de Heilige Geestlaan, de Oude Wetering en de Drecht gelegen gedeelte van de Heilige-Geestpolder met elkaar overeen bij de Staten van Holland en West-Friesland een verzoek in te dienen om hun landerijen, die bijna geheel verveend waren, te mogen bedijken en droogmaken. De ingelanden besloten aan de moeder en voogdes van de ambachtsvrouwe van Leimuiden en Rijnsaterwoude en aan de schout en de ambachtsbewaarders van beide ambachten te vragen het verzoekschrift aan de Staten te presenteren. De presentatie van het rekest volgde snel. Op 15 mei 1698 besloten de Staten het rekest om advies in handen te stellen van Gecommitteerde Raden, van de raden en meesters van de Rekeningen over de Domeinen en van dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland. Elf maanden later, op 16 april 1699, verleenden de Staten aan de rekwestranten octrooi tot bedijking en droogmaking van hun polder, op voorwaarde dat de bedijking binnen vijf jaar voltooid zou zijn. Op verzoek van de rekwestranten werd deze termijn in een tweede octrooi, gedateerd 21 juli 1700, verlengd tot zeven jaar. Na de ontvangst van het tweede octrooi begonnen de ingelanden met de bedijking. In 1706 was de bedijking gereed en nadat op 7 december van dat jaar het droogmalen van de polder was aanbesteed, was de polder eind 1707 droog en kon het inzaaien van het land beginnen. De droogmakerij omvatte naast het ten noorden van de Heilige Geestlaan gelegen gedeelte van de Heilige-Geestpolder ook ongeveer tien morgen land ten zuiden van deze laan. Aanvankelijk werd de droogmakerij betiteld als Geoctrooieerde Heilige-Geestpolder, later als Groote Heilige-Geestpolder. Het niet bij de bedijking en droogmaking betrokken deel van de Heilige-Geestpolder zou onder de naam Kleine Heilige-Geestpolder vanaf 1707 zijn eigen weg gaan. In het kader van de concentratie van polders binnen het hoogheemraadschap van Rijnland werd de polder op 1 januari 1979 opgeheven en opgenomen in het nieuw gevormde waterschap De Aarlanden.