De Rijksminister voor bewapening en munitie. Albert Speer, bracht den Führer In ziin hoofdkwartier ln tegenwoordigheid van vooraanstaande persoonlijkheden der Duitsche bewapeningsindustrie en bureauchefs van zijn departement verslag uit over de buitengewone stijging der productie van munitie, wapens en pantserwagens gedurende het afgeloopen Jaar. Als erkenning voor zijn verdiensten op het gebied der Duitsche techniek overhandigde de Führer aan Rijksminister Speer den Fritz Todt-Ring der Duitsche techniek, tn een met de beeltenis van dr. Fritz Todt gesierd* zilveren casette Hoffmann-Stap.-Pax m „Mit solchem Geslndel muss leb mich herumsehlagen" (zulk gespuis moet Ik bevechten). Aldus Frederik da Groote bij het zien van de Russische gevangenen na den slag bij Zorndort (25 Augustus 1758). Ook thans souden deze woorden gesproken kunnen worden. .Moet ik" sprak de keurvorst En wij herhalen het en zeggen tot elkanderi .moeten wij". Nu gaat het niet alleen om Duitschland. nu gaat het erom heel Europa, het eeuwenoude bolwerk der .beschaving, te besehermen, voot goed, tegen het Bolsjewistische gevaar, tegen de woeste horden uit het Oosten. Een reden te meet voor lederen rechtgeaarden jongen Nederlander om de woordent .Jk moet". In den daad om te zetten door lich t* melden bij de Waffen-SS ol bij het Vtljwllligerslegioen „GL-H"-Pax m

Artikel uit "Nieuwe Tilburgsche Courant", 12 juni 1943