Egodocument Klomp, J.G.

Klomp begint in de zomer en herfst van 1942 met illegaal werk, en raakt er in de loop van de volgende winter goed in thuis . Hij houdt zich hoofdzakelijk bezig met het onderdak brengen van joden (ook het gezin, waarvan hij deel uitmaakt, heeft joden in huis) en het vervalsen van persoonsbewijzen; ook zorgt hij voor bonkaarten en treedt als contactman op. Zelf maakt hij geen deel uit van een organisatie. In september 1943 ontmoet hij H. Rijkeboer, lid van een organisatie, bestaande uit oudleden van vroegere gereformeerde jeugdorganisaties: deze vraagt hem zijn bemiddeling om een zekere v.d. Meer, die beweert een zeer lichte vliegtuigmotor te hebben uitgevonden, naar Engeland te helpen. Klomp vertrouwt v.d. Meer niet en omdat zijn naam genoemd is en ook om andere redenen Nederland hem te onveilig wordt, vertrekt hij half december 1943 met een of meer reisgenoten, om de Vrij Nederland-route naar Zwitserland op haar betrouwbaarheid te toetsen; hij had nl. ook contact met mevrouw Van Gelder, lid van een vertakking van de Vrij Nederland organisatie. Zij reizen grotendeels met officiële vervoermiddelen en hebben vele adressen waar zij zich kunnen vervoegen. Zij gaan tussen Wernhout en Wuestwezel over de Belgische, bij Erquelinnes over de Franse grens, constateren in Parijs dat het opgegeven adres daar niet deugt en de weg van Vrij Nederland dus niet veilig is en komen in Les Verrières in Zwitserland, waar ze door de militaire politie gevangen worden genomen. Na twee dagen in de gevangenis in Neuchâtel en vervolgens ruim drie weken in een quarantainekamp bij Lausanne te hebben doorgebracht, komt Klomp in het werkkamp in Les Verrières. Over de wijze waarop hij en zijn lotgenoten door de Zwitsers behandeld worden, is hij slecht te spreken. Hij besluit, als anderen, naar Nederland terug te keren, ook omdat hij het in de winter niet doenlijk acht via Spanje naar Engeland te komen.Na veel moeite lukt het hem in een hotelkamp in Vevey te komen; daar mag hij zonder geleide reizen en vlucht, maar wordt bij de grens in Porrentruy gepakt en zit vier weken gevangen te Porrentruy, dan 6 dagen te Délémond; daar weet hij te ontsnappen, gaat, door verschillende Zwitsers geholpen, over de Franse grens en verblijft twee weken in Montenois bij de ouders van de Fransman, met wie hij ontvluchtte. Eigenlijk wil hij daar de invasie afwachten, maar als hij gevaar loopt gepakt te worden gaat hij terug en is 9 mei 1944 weer in Den Haag. Zijn familie en de joodse onderduikers zijn 28 maart gearresteerd door verraad van v. d. Meer, die ook de gehele organisatie de Duitsers in handen heeft gespeeld; zijn familieleden zijn juist weer vrij. Klomp duikt voor de verdere tijd van de oorlog onder.