College van Secretarissen-Generaal
Het college van secretarissen-generaal, ingesteld in 1902, werd op 13 mei 1940 het hoogste Nederlandse bestuurslichaam. Juridisch gesproken hadden de leden van het college geen collectieve verantwoordelijkheid. De Duitse autoriteiten hebben het college nooit als zodanig erkend. Kort na de capitulatie in mei 1940 werd jhr.mr. Aarnout Marinus Snouck-Hurgronje benoemd tot secretaris-generaal van het departement van Algemene Zaken en voorzitter van het college van secretarissen-generaal. De komst van de NSB'er Rost van Tonningen in het college van secretarissen-generaal en de sterker wordende nationaal-socialistische invloed binnen de Arbeidsdienst, deden Snouck-Hurgronje besluiten zijn voorzitterschap op 22 juli 1941 neer te leggen. Mr.dr. Karel Frederiks, die secretaris-generaal van Binnenlandse Zaken was, volgde hem op.
- Archieven NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies
- Archief
- 216
- Tweede Wereldoorlog
- Algemeen bestuur en Politiek
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer