A.E. Jong- Nijkerk: Het verhaal
De joodse auteur, een Amsterdamse, heeft met behulp ven oude fotoboeken en dagboeken van haar enige zus in een verslag haar herinneringen aan haar familie opgeschreven. Het contact met haar ouders is goed. Deze zijn niet streng joods maar vieren wel een gezellige vrijdagavond. Vader en moeder hebben vroeger een lampenkappenatelier gehad. Moeder is daarna tot 1941/1942 eigenaresse van een koffiehuis op het Frederiksplein, een trefpunt van communisten. Vader is diamantair geworden. Haar oudere zus, van wie ze veel houdt, werkt bij de Joodse Raad. Deze wordt in april 1942 op ongeveer 20 jarige leeftijd opgehaald door de Duitsers. Na 6 weken in Scheveningen, gaat ze daarna via de gevangenis in Kleef naar Ravensbrück en wordt in Auschwitz-Birkenau omgebracht. (In het verslag is een brief uit Ravensbrück opgenomen). De illegaliteit heeft geprobeerd haar uit Scheveningen te bevrijden. Een poging van het gezin zomer 1942 via Frankrijk naar Zwitserland te vluchten kan niet doorgaan, omdat vader ziek wordt. Hij duikt daarna als enige onder. Als hij voor de tweede maal ziek is wordt hij in het NIZ (Nieuw Israëlitisch Ziekenhuis) opgenomen. Als augustus 1943 het ziekenhuis wordt leeggehaald wordt hij via Westerbork naar Auschwitz gebracht en hier vermoord. De auteur duikt met moeder op verschillende adressen onder in Amsterdam, Eindhoven en in het Noorden van Nederland. Een goede vriend zorgt voor onderduikadressen, levensmiddelen en bonnen. Haar moeder sterft in februari 1945. Ze wordt 2 x verraden, maar ontkomt steeds en blijft in leven. De auteur zegt dat ze, door de herinneringen voor haar kinderen op te schrijven, zich van een zware last heeft bevrijd. De joodse auteur, een Amsterdamse, heeft met behulp ven oude fotoboeken en dagboeken van haar enige zus in een verslag haar herinneringen aan haar familie opgeschreven. Het contact met haar ouders is goed. Deze zijn niet streng joods maar vieren wel een gezellige vrijdagavond. Vader en moeder hebben vroeger een lampenkappenatelier gehad. Moeder is daarna tot 1941/1942 eigenaresse van een koffiehuis op het Frederiksplein, een trefpunt van communisten. Vader is diamantair geworden. Haar oudere zus, van wie ze veel houdt, werkt bij de Joodse Raad. Deze wordt in april 1942 op ongeveer 20 jarige leeftijd opgehaald door de Duitsers. Na 6 weken in Scheveningen, gaat ze daarna via de gevangenis in Kleef naar Ravensbrück en wordt in Auschwitz-Birkenau omgebracht. (In het verslag is een brief uit Ravensbrück opgenomen). De illegaliteit heeft geprobeerd haar uit Scheveningen te bevrijden. Een poging van het gezin zomer 1942 via Frankrijk naar Zwitserland te vluchten kan niet doorgaan, omdat vader ziek wordt. Hij duikt daarna als enige onder. Als hij voor de tweede maal ziek is wordt hij in het NIZ (Nieuw Israëlitisch Ziekenhuis) opgenomen. Als augustus 1943 het ziekenhuis wordt leeggehaald wordt hij via Westerbork naar Auschwitz gebracht en hier vermoord. De auteur duikt met moeder op verschillende adressen onder in Amsterdam, Eindhoven en in het Noorden van Nederland. Een goede vriend zorgt voor onderduikadressen, levensmiddelen en bonnen. Haar moeder sterft in februari 1945. Ze wordt 2 x verraden, maar ontkomt steeds en blijft in leven. De auteur zegt dat ze, door de herinneringen voor haar kinderen op te schrijven, zich van een zware last heeft bevrijd.
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Verslag (handgeschreven tekst op losse bladen (fotokopieen))
- 1488
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer