: Herinnering aan mijn gevangenschap, 29 april 1943 - 3 mei 1945
De auteur vertelt dat hij is opgepakt omdat hij onderduikers heeft geholpen en illegaal werk heeft verricht. Hij wordt verhoord in de Euterpestraat in Amsterdam, waar alle bezittingen hem worden afgenomen. Met celgenoten doet hij woordspelletjes om de tijd te doden. Thuis moet hij nog een keer de bezittingen van Joden aanwijzen. Hij verricht graafwerk bij Schiphol. Hier wordt hij opgedreven en mishandeld en eet uit roestige verfblikjes. Met Pinksteren 1943 komen pakjes van huis. Via de waszak krijgt hij een bijbel en verzendt hij brieven. Op 21 juli 1943 krijgt hij zijn eigen koffertje met spullen terug en gaat hij onder bewaking op transport naar Vught. Daar volgt inschrijving, een bad en ontluizing. Zijn bezittingen moet hij afgeven en hij krijgt gestreepte gevangeniskleding. Hij staat vroeg op en iedere dag is appèl. Na het avondappel wordt hij gedwongen oefeningen te doen. Hij saboteert bij het graafwerk. Het eten is voldoende. Hij werkt daarna bij de radio's op de Philipsfabrieken. Stiekem testen ze de Engelse zender. Hij krijgt pakjes van huis. Meegenomen radio-onderdelen worden gebruikt om kooktoestellen mee te maken. De kapo's misdragen zich, worden dronken en vergrijpen zich aan de vrouwen. Zondags moet hij stenen sjouwen of graven. Tegen de kou krijgt hij kleren van thuis. Hij vertelt dat hij op een drukkerij heeft moeten meewerken aan een vervalsing van het blad Trouw. Zijn behuizing wordt dan een kamer voor elf man met eigen bed. Er is centrale verwarming en hij heeft nu een betere behandeling. Hij ergert zich aan de sexuele fantasieën van de mannen over vrouwen. De gevangenen van Scheveningen worden mei 1944 verplaatst naar Vught. Hij vertelt over het opsluiten van teveel vrouwen op één plek, waardoor doden vallen. Na verhuizing blijft hij bij de drukkerij werken en zijn behandeling blijft uitzonderlijk goed. Hij fantaseert veel over het verleden. De auteur vertelt dat hij is opgepakt omdat hij onderduikers heeft geholpen en illegaal werk heeft verricht. Hij wordt verhoord in de Euterpestraat in Amsterdam, waar alle bezittingen hem worden afgenomen. Met celgenoten doet hij woordspelletjes om de tijd te doden. Thuis moet hij nog een keer de bezittingen van Joden aanwijzen. Hij verricht graafwerk bij Schiphol. Hier wordt hij opgedreven en mishandeld en eet uit roestige verfblikjes. Met Pinksteren 1943 komen pakjes van huis. Via de waszak krijgt hij een bijbel en verzendt hij brieven. Op 21 juli 1943 krijgt hij zijn eigen koffertje met spullen terug en gaat hij onder bewaking op transport naar Vught. Daar volgt inschrijving, een bad en ontluizing. Zijn bezittingen moet hij afgeven en hij krijgt gestreepte gevangeniskleding. Hij staat vroeg op en iedere dag is appèl. Na het avondappel wordt hij gedwongen oefeningen te doen. Hij saboteert bij het graafwerk. Het eten is voldoende. Hij werkt daarna bij de radio's op de Philipsfabrieken. Stiekem testen ze de Engelse zender. Hij krijgt pakjes van huis. Meegenomen radio-onderdelen worden gebruikt om kooktoestellen mee te maken. De kapo's misdragen zich, worden dronken en vergrijpen zich aan de vrouwen. Zondags moet hij stenen sjouwen of graven. Tegen de kou krijgt hij kleren van thuis. Hij vertelt dat hij op een drukkerij heeft moeten meewerken aan een vervalsing van het blad Trouw. Zijn behuizing wordt dan een kamer voor elf man met eigen bed. Er is centrale verwarming en hij heeft nu een betere behandeling. Hij ergert zich aan de sexuele fantasieën van de mannen over vrouwen. De gevangenen van Scheveningen worden mei 1944 verplaatst naar Vught. Hij vertelt over het opsluiten van teveel vrouwen op één plek, waardoor doden vallen. Na verhuizing blijft hij bij de drukkerij werken en zijn behandeling blijft uitzonderlijk goed. Hij fantaseert veel over het verleden. Het manuscript is zeer slecht leesbaar. Veel is later verbeterd en veranderd.
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Verslag (op doorslagpapier getypte tekst)
- 1623
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer