Maartje van den Doel - Noordzij: Die maandagmorgen
De ongeveer veertigjarige auteur vertrekt uit IJmuiden met haar kinderen vanwege de bombardementen op de vesting IJmuiden. Vader blijft. Ze gaan te voet en hebben eten meegenomen. De eerste nacht zijn ze bij kennissen in Amsterdam. Er zijn steeds vliegtuigen boven hen. Ze zien hoe in Weesp de spoorbrug gebombardeerd wordt. Onderweg komen ze voortdurend andere evacuees tegen, waarover ze uitgebreid vertelt. De volgende overnachting is in Naarden bij een diaken. Er zijn heerlijke bedden. Ze vertrekken de volgende dag vroeg. Bij boeren krijgen ze onderweg te eten en drinken. Het regent. Via een Rode Kruispost in Bunschoten gaat de tocht verder. Ze slapen ergens in het hooi en krijgen gebakken aardappelen. Na een kop koffie gaan ze 's ochtends weer op weg. Bij een melkfabriek is weer lekkere koffie met melk te koop. Opa komt er aan op de fiets en heeft eten bij zich. In Harderwijk overnachten ze bij moeder en blijven een dag uitrusten. Ze maken een oude kinderwagen aan de fiets vast, gaan verder en krijgen in Nunspeet een lekkere warme maaltijd. In de buurt van Elburg slapen ze bij een boer en maken ze zelf eten. Onderweg naar Zwolle krijgen ze een maaltijd. Moeiteloos steken ze de brug over. Zijzelf slaapt in een Rode Kruispost, haar echtgenoot wordt vanwege razzia's ergens veilig ondergebracht. Ze krijgen soep te eten waarvoor ze moet betalen en slapen op strozakken. Er zijn razzia's 's nachts. De volgende avond eten en slapen ze bij een boer. Langs de Dedemsvaart lopend eindigen ze in Zuidwolde, waar ze lekker warm eten krijgen. Met een Duitse auto rijden ze mee tot Hoogeveen. Het regent en stormt. De koster van de kerk zorgt voor een slaapplaats waar ze een nacht blijven. In Beilen slapen ze in de kerk in het stro. Met de auto, die een lekke band krijgt, worden ze naar Assen gebracht. Een boerderij is hun onderdak. Ze rijden als evacuees mee met een overvolle paardenwagen tot Uithuizen. Hun voeten doen pijn. Ze worden opgevangen door het Groene Kruis. De ongeveer veertigjarige auteur vertrekt uit IJmuiden met haar kinderen vanwege de bombardementen op de vesting IJmuiden. Vader blijft. Ze gaan te voet en hebben eten meegenomen. De eerste nacht zijn ze bij kennissen in Amsterdam. Er zijn steeds vliegtuigen boven hen. Ze zien hoe in Weesp de spoorbrug gebombardeerd wordt. Onderweg komen ze voortdurend andere evacuees tegen, waarover ze uitgebreid vertelt. De volgende overnachting is in Naarden bij een diaken. Er zijn heerlijke bedden. Ze vertrekken de volgende dag vroeg. Bij boeren krijgen ze onderweg te eten en drinken. Het regent. Via een Rode Kruispost in Bunschoten gaat de tocht verder. Ze slapen ergens in het hooi en krijgen gebakken aardappelen. Na een kop koffie gaan ze 's ochtends weer op weg. Bij een melkfabriek is weer lekkere koffie met melk te koop. Opa komt er aan op de fiets en heeft eten bij zich. In Harderwijk overnachten ze bij moeder en blijven een dag uitrusten. Ze maken een oude kinderwagen aan de fiets vast, gaan verder en krijgen in Nunspeet een lekkere warme maaltijd. In de buurt van Elburg slapen ze bij een boer en maken ze zelf eten. Onderweg naar Zwolle krijgen ze een maaltijd. Moeiteloos steken ze de brug over. Zijzelf slaapt in een Rode Kruispost, haar echtgenoot wordt vanwege razzia's ergens veilig ondergebracht. Ze krijgen soep te eten waarvoor ze moet betalen en slapen op strozakken. Er zijn razzia's 's nachts. De volgende avond eten en slapen ze bij een boer. Langs de Dedemsvaart lopend eindigen ze in Zuidwolde, waar ze lekker warm eten krijgen. Met een Duitse auto rijden ze mee tot Hoogeveen. Het regent en stormt. De koster van de kerk zorgt voor een slaapplaats waar ze een nacht blijven. In Beilen slapen ze in de kerk in het stro. Met de auto, die een lekke band krijgt, worden ze naar Assen gebracht. Een boerderij is hun onderdak. Ze rijden als evacuees mee met een overvolle paardenwagen tot Uithuizen. Hun voeten doen pijn. Ze worden opgevangen door het Groene Kruis. Achter in het origineel staan nog enkele gedichten en wat tekst (ander handschrift)
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Dagboek (drie dezelfd exemplaren) (origineel exemplaar, handgeschreven in schoolschriftje en 2 exemplaren (waarvan 1 losbladig) uitgetypt in een klein boekje (11 x 19 cm))
- 1784
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer
