J.H. Snijders: Egodocument (fotokopie van getypt stuk)

Snijders wordt, wegens medewerking aan "De Waarheid", 22 oktober 1941 gearresteerd, in de Euterpestraat verhoord (en, als hij alles blijft ontkennen, hevig geslagen), daarna opgesloten in het Huis van Bewaring aan de Weteringschans. Na enige tijd, in ieder geval vóór 15 april 1942, wordt hij overgebracht naar de gevangenis aan de Amstelveenseweg en vandaar plm. eind juni 1942 naar Amersfoort. Werk (spitten; stenen sjouwen; Kleinholzkommando) zo nu en dan onderbroken door enige tijd rust, hem op grond van lichamelijke zwakte toebedeeld en soms steelsgewijze nog verlengd. Omstreeks begin oktober gaat hij met een transport via Recklinghausen (enige dagen in Polizeikaserne) en Hannover (een week in een "Sammelraum") naar Buchenwald. Na een week "quarantaine" komt hij in het Straf-Block terecht; pas plm. half februari wordt hij overgeplaatst naar een "vrij Block". Werk: Steinbruch (stenen sjouwen, lorries trekken); Baukommando (graven, cement sjouwen); Kousenstopcommando: Bekleidungskammer; wederom Baukommando (hij geeft zich nu echter uit voor timmerman en krijgt, geholpen door vrienden, gemakkelijk werk. Het is dan plm. eind mei 1943). In de afgelopen tijd en ook later nog ligt hij bovendien enige malen in het ziekenhuis, meestal gevolgd door enkele weken "rust". Kort na zijn herplaatsing in het Baukommando begint de Gustloff-fabriek, aan de bouw waarvan tot nu toe gewerkt was, te draaien. Uit de gevangenen worden arbeiders en administratief personeel aangenomen, en de auteur weet ook een dergelijke begeerde positie te veroveren. Hij schijnt voor enige afdelingen min of meer de controle over het materiaal te krijgen en de indruk wordt gewekt, dat hij een niet onbelangrijke plaats inneemt. Organisatie van spionage en sabotage. 24 augustus 1944 wordt de Gustloff-fabriek door een geallieerd bombardement grotendeels vernield; ook een deel van het kamp wordt getroffen. Snijders wordt, wegens medewerking aan "De Waarheid", 22 oktober 1941 gearresteerd, in de Euterpestraat verhoord (en, als hij alles blijft ontkennen, hevig geslagen), daarna opgesloten in het Huis van Bewaring aan de Weteringschans. Na enige tijd, in ieder geval vóór 15 april 1942, wordt hij overgebracht naar de gevangenis aan de Amstelveenseweg en vandaar plm. eind juni 1942 naar Amersfoort. Werk (spitten; stenen sjouwen; Kleinholzkommando) zo nu en dan onderbroken door enige tijd rust, hem op grond van lichamelijke zwakte toebedeeld en soms steelsgewijze nog verlengd. Omstreeks begin oktober gaat hij met een transport via Recklinghausen (enige dagen in Polizeikaserne) en Hannover (een week in een "Sammelraum") naar Buchenwald. Na een week "quarantaine" komt hij in het Straf-Block terecht; pas plm. half februari wordt hij overgeplaatst naar een "vrij Block". Werk: Steinbruch (stenen sjouwen, lorries trekken); Baukommando (graven, cement sjouwen); Kousenstopcommando: Bekleidungskammer; wederom Baukommando (hij geeft zich nu echter uit voor timmerman en krijgt, geholpen door vrienden, gemakkelijk werk. Het is dan plm. eind mei 1943). In de afgelopen tijd en ook later nog ligt hij bovendien enige malen in het ziekenhuis, meestal gevolgd door enkele weken "rust". Kort na zijn herplaatsing in het Baukommando begint de Gustloff-fabriek, aan de bouw waarvan tot nu toe gewerkt was, te draaien. Uit de gevangenen worden arbeiders en administratief personeel aangenomen, en de auteur weet ook een dergelijke begeerde positie te veroveren. Hij schijnt voor enige afdelingen min of meer de controle over het materiaal te krijgen en de indruk wordt gewekt, dat hij een niet onbelangrijke plaats inneemt. Organisatie van spionage en sabotage. 24 augustus 1944 wordt de Gustloff-fabriek door een geallieerd bombardement grotendeels vernield; ook een deel van het kamp wordt getroffen.