Illegale pers. Het originele bijschrift luidt: 'Marconist A.A.
Illegale pers. Het originele bijschrift luidt: 'Marconist A.A. van Rijsewijk, op de Michel Angelostraat 36, Amsterdam, in het huis van de heer Uriot, waar ook Kahlenberg zat.' De oprichters van de eerste illegale bladen kwamen tot hun initiatief uit verontwaardiging over de Duitse inval en ergernis over hetgeen de gelijkgeschakelde kranten schreven. Voorts bestond er de behoefte om de bevolking te waarschuwen voor het nationaal-socialisme en op te roepen tot eensgezind verzet tegen de Duitse maatregelen. In 1940 waren er ongeveer 62 ondergrondse bladen en binnen een jaar steeg dit aantal tot 120. Enkele bladen waren er in geslaagd drukkers te vinden en konden daardoor afstappen van het tijdrovende stencilen. Eind 1942 daalde het aantal bladen tot 96 omdat veel redacteuren van kleinere bladen hun activiteiten overbodig achtten toen er grotere en betere uitgaven verschenen. In 1943 schoten nieuwe illegale krantjes als paddestoelen uit de grond. Deze hielden zich vooral bezig met het vertalen en verspreiden van het via verborgen radio's opgevangen oorlogsnieuws. In totaal hebben tijdens de bezettingsjaren ongeveer 1300 verschillende bladen bestaan, die tezamen een oplage hadden van miljoenen exemplaren.
- Fritz Dietrich Kahlenberg
- NIOD
- Foto
- 97581
- Illegaliteit
- Verzet
- Illegale pers
- Ondergedoken Camera
- Radio
- Radiotoestellen
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer