De Nederlandsche Omroep: een radio-omroep die bestond tijdens de Tweede Wereldoorlog.

De Nederlandsche Omroep: een radio-omroep die bestond tijdens de Tweede Wereldoorlog. Tijdens het eerste oorlogsjaar bleven de bestaande omroepen, AVRO, KRO, NCRV, VARA en VPRO uitzenden. De bezetter paste al snel censuur toe op hun programma's en gebruikte de radio voor propaganda. Op 9 maart 1941 werden de omroepen opgeheven en ontstond de Rijksradio Omroep, die later Nederlandsche Omroep werd genoemd. Veel werknemers van de oude omroepen verleenden medewerking aan haar uitzendingen. De meeste belangrijke functies werden echter bekleed door NSB'ers en nazi's. Een aantal programma's van de Nederlandsche Omroep werd zeer berucht, zoals de propaganda-praatjes van Max Blokzijl en het anti-semitische Zondagmiddagcabaret van Paulus de Ruiter. Veel burgers luisterden echter illegaal naar Radio Oranje uit Londen. In 1943 besloten de Duitsers alle radiotoestellen in beslag te nemen. Daags na Dolle Dinsdag werd de NO opgeheven, al vonden er nog uitzendingen vanuit Hilversum plaats tot 6 mei 1945. In het winterschema van 1942-1943 waren er 13 vaste dagelijkse rubrieken, die dagelijks of verscheidene malen per week werden uitgezonden. In de kranten werden deze programma's apart aangekondigd. De NO had verder veel a-politieke rubrieken gesproken woord, zoals vrouwen-, kinder-, en godsdienstige uitzendingen. Deze laatste categorie maakte 4% van het totale programma uit. De Duitsers beseften dat de genazificeerde omroep een doelwit van de illegaliteit zou kunnen zijn. Radiozenders werden dan ook streng bewaakt.