Tand van verzetsman Gerrit Schuil (1918-1944) uit Harlingen, gefusilleerd op 16 februari 1944. De tand is gebruikt bij de identificatie van zijn stoffelijk overschot te Overveen

Gerrit Schuil, schuilnaam Piet, behoorde tot de Knokploeg (KP) Sexbierum. In verband met een mislukte aanslag op de Duitsgezinde NSB-politieluitenant Stienus B. van Wijnen in Harlingen dook hij onder op de boerderij Liauckama State in Sexbierum. Gerrit had al eerder deelgenomen aan overvallen op distributiekantoren en bevolkingsregisters in Friesland, onder meer te Sexbierum en Sint Annaparochie. Door verraad van de Nederlandse collaborateur Frans Michon uit Nijmegen werd hij op 22 november 1943 gearresteerd. In februari 1944 veroordeelde het Polizeistandgericht in Assen hem ter dood. Samen met zijn medestrijders Folkert Bergsma uit Delft, Lolle Rondaan uit Beetgum en Gerben Desiré Oswald uit Harlingen is hij gefusilleerd. In Harlingen is een straat naar hem vernoemd. Ook staat zijn naam staat vermeld op een glazen plaquette in de hal van het gemeentehuis van het Bildt te Sint Annaparochie. De afscheidsbrief van Gerrit Schuil behoort ook tot deze schenking, alhoewel er twijfels zijn of dit het origineel is. Het papier en schrift wijkt af van de andere bekende afscheidsbrieven. Wel gebeurde het vaak dat de inhoud van dergelijke brieven werd gekopiëerd en verspreid in kleine kring, dus er is geen reden om te twijfelen aan de inhoud van de brief.