Mouwloze bodywarmer van gewatteerd katoen, verticaal gestreept in blauw en wit, in een diagonaal pat...
Mouwloze bodywarmer van gewatteerd katoen, verticaal gestreept in blauw en wit, in een diagonaal patroon gestikt, met zes zinken knopen. Gedragen door Bouke Koning (geboren Akkrum 1915 – overleden Ophemert 1998) tijdens een ‘dodenmars’. Koning groeide op in ‘een rood nest’: vader en moeder waren socialistisch georiënteerd, waarin Bouke hen volgde. Op 19-jarige leeftijd weigerde hij de dienstplicht en zat tien maanden gevangenisstraf uit in Veenhuizen. Hij deelde een barak met veertig andere dienstweigeraars. Onder hen was Klaas de Boer, die als leraar op de werkplaats van Kees Boeke had gewerkt, in Bilthoven. Onder diens invloed vond hij na vrijlating werk in deze Werkplaats. Eerder werkte hier ook Joop Westerweel, die contact met de Werkplaats bleef houden, in het bijzonder met Mirjam Waterman. In de Werkplaats waren veel Joodse kinderen, veelal Palestina Pioniers, gevlucht uit Duitsland en Oostenrijk. (Palestina Pioniers werden opgeleid om in Palestina op het land te gaan werken en zo de stichting van de staat Israël dichterbij te brengen.) In de bezetting kwamen Waterman en Koning in verzet tegen de deportaties van Joden. Er werden plannen voor de onderduik van de kinderen gemaakt, die in juli 1942 gedeporteerd zouden worden. Westerweel zegde zijn steun toe. De kinderen konden onderduiken in Noord-Holland, maar vluchtten ook via België, Frankrijk en Spanje naar Israël. De ondergrondse in België was door de verzetsgroep Westerweel geregeld. Op 11 maart 1944 werden Westerweel en Koning met twee meisjes bij de grens van Budel gearresteerd. De mannen werden gedetineerd in de gevangenis van Eindhoven en vervolgens in kamp Vucht, waar Westerweel op 11 augustus 1944 gefusilleerd is. Koning is via kamp Amersfoort naar verschillende concentratiekampen gebracht, ondermeer naar kamp Dore en tenslotte kamp Gross Rosen. Hij werd gedwongen aan een ‘dodenmars’ deel te nemen, toen het Rode Leger naderde. Hij werd door de Russen bevrijd. Van hen kreeg hij de bodywarmer. Koning was er slecht aan toe en kon nauwelijks nog lopen. Het Rode Kruis vloog hem naar Brussel. Vervolgens werd hij naar een ziekenhuis in Utrecht overgebracht. Daarna revalideerde hij jarenlang in Bilthoven, terwijl hij met hulp van de Werkplaats voor onderwijzer studeerde. In 1955 werd hij gezond verklaard; hij kon gaan werken op een openbare school in Bilthoven. Koning zweeg liever over zijn oorlogservaringen. Eén keer heeft hij zich in een woedeaanval laten ontvallen, dat hij lijken uit ovens had moeten halen.
- Collectie Verzetsmuseum Amsterdam
- 17390
- Gevangenis
- Concentratiekamp
- Rode Kruis
- Westerweel, J.
- Koning, B.
- Jodenvervolging
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer