Vooroorlogse foto (digitaal) van Tine Langenberg-Bouma, een weduwe met 7 kinderen die tijdens de oor...

Vooroorlogse foto (digitaal) van Tine Langenberg-Bouma, een weduwe met 7 kinderen die tijdens de oorlog Joodse onderduikers in huis had. Ongedateerd, fotograaf onbekend. Trijntje ('Tine'/'Moeke') Langenberg-Bouma (Sint Annaparochie, 29 december 1894 - Bolsward, 16 auigustus 1982) had 7 kinderen met haar man Harm, die in 1935 overleed, en woonde bij het uitbreken van de oorlog aan de Van Munnickhuizenstraat in Bolsward. Zij leefde van de steun en van wat haar door goedgezinde mensen werd toegestopt. In februari 1942 nam zij het Joodse echtpaar Emanuel ('Manus') Nunes Vaz en Elisabeth ('Bep') Schabracq in huis. Later kwamen ook Manus' broer Aron en zijn vrouw Paulina, maar omdat de laatste het niet kon vinden met haar schoonzus trokken zij naar een ander onderduikadres. Manus Nunes Vaz en zijn vrouw Bep bleven tot het einde van de oorlog bij Tine Langenberg-Bouma, ook de Joodse onderduiker Ger de Groot maakte daar de bevrijding mee. Willem Leurink, een verzetsman uit Bolsward die daar een kruidenierswinkel had, zorgde voor extra voedselbonnen waarmee de onderduikers gevoed konden worden. Ook kreeg Tine Langenberg-Bouma bij de noodslachtingen regelmatig wat extra vlees. Twee keer vond er een huiszoeking bij haar plaats, maar de onderduikers werden niet gevonden. Na de oorlog heeft zij contact gehouden met haar onderduikers. Op 16 juli 2018 werd haar postuum de Yad Vashem-onderscheiding 'Rechtvaardige onder de Volkeren' toegekend. Zie ook VMA 18350 en VMA 18351.