Optocht in de Cambuurstraat ter gelegenheid van de bevrijding in 1945.

Optocht in de Cambuurstraat ter gelegenheid van de bevrijding in 1945. De twee "leden van de Binnenlandse Strijdkrachten" zijn Louwe Wiersma (Loekie), wiens vader aan de Bleeklaan 110 bij het klokje tegenover garage De Boer een kruidenierswinkel had, en een zoon van Jorna, een gezin dat twee huizen verder dan de familie Wiersma aan de Bleeklaan woonde. Achter hen een "bruidspaar": de bruid is Rommie Weijer (de familie Weijer woonde in de Barent Fockesstraat, nr. 58. Rommie en haar vader worden genoemd in het boek De Dodendam, waarin hij de chauffeur is van een groep Nederlandse soldaten in mei 1940) en de bruidegom is een zoon van kleermaker Postma (de man naast hem; dit gezin woonde op de hoek van de De Ruyterweg en de Noodvlietstraat. Het verhaal gaat dat dhr. Postma eens danig in zijn rats heeft gezeten toen hij vanuit huis aan de overkant van de straat een geweer op zich gericht zag. Gelukkig had de dader, Geert Schilt, later bekend van het Sinterklaassprookje, geen moordgevoelens). Op de achtergrond de boerderij van de familie Koopmans. Dhr. Koopmans was NSB'er en is na de oorlog opgepakt. De boerderij is toen een poos bewoond geweest door de familie Kuperus, wier boerderij aan de Groningerstraatweg was afgebrand. Later, toen Koopmans weer vrij kwam, heeft de zoon van Kuperus, Willem, het bedrijf voortgezet aan het begin van de Cambuurstraat, bijna bij het Vliet.