Van het ene onderduikadres naar... : hoe Meijer van der Sluis in Waterland aan de Shoah ontkwam

Meijer van der Sluis werd in 1926 geboren in de Amsterdamse Jodenbuurt in de Lepelstraat, later verhuisde het gezin Van der Sluis naar de Zuider-Amstellaan (nu de Rooseveltlaan). Het gezin van der Sluis bestond uit vader Ephraïm van der Sluis, moeder Roosje van der Sluis-Vischschraper en de kinderen Simon, Meijer en Elisabeth die vaak Beppie werd genoemd. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd de familie Van der Sluis spoedig geconfronteerd met de gevolgen voor de Joodse gemeenschap. Meijer maakte zich grote zorgen en die bleken terecht. In september 1942 verlieten hij en zijn broer Simon het ouderlijk huis om onder te duiken. Na verschillende omzwervingen kwam Meijer terug in Amsterdam waar hij op 10 maart 1942 meemaakte dat zijn ouders en zusje bij een inval werden meegenomen. Hij zou hen nooit meer terug zien. Meijer had zich tijdig weten te verstoppen en ontsprong de dans. Vanaf dat dramatische moment begon zijn onderduikperiode in Purmerend en omgeving. Meijer en ook zijn broer zaten op verschillende adressen korte, of langere tijd ondergedoken, onder andere bij de broers Logger in de Peperstraat en de familie Moerbeek op de Achterdijk. De jongens verbleven ook korte tijd bij het predikanten-echtpaar Klaas Abe Schipper en Johanna Schipper-Kuiper in Etersheim en bij boer Houtman in Warder. Het was een periode van angst, maar ook van geborgenheid en hoop. Jarenlang vertelde Meijer van der Sluis zijn oorlogsherinneringen aan scholieren omdat hij dat belangrijk vond. Sjoerd van Leeuwen en Gerrit Schepers beschreven een eerste versie van zijn verhaal. Historicus Jaap Haag heeft dat in samenspraak met Meijer, die hij vele malen heeft ontmoet, de oorlogsherinneringen verder uitgewerkt, aangevuld en geïllustreerd. Het door Meijer van der Sluis vertelde verhaal aan scholieren, werd door Sjoerd van Leeuwen en Gerrit Schepers op schrift gesteld. Deze versie vervolgens door Jaap Haag verder uitgewerkt, aangevuld en geïlustreerd. 84 pagina's : illustraties ; 23 cm.