Tegelen, Maria-geloftemonument
Het Maria-geloftemonument in Tegelen (gemeente Venlo) getuigt van de inlossing van een op 26 december 1944 gedane belofte een beeld van Onze Lieve Vrouwe in de gemeente te plaatsen als Tegelen gespaard zou blijven voor de evacuatie, hongersnood en verdere oorlogsrampen. Na een voorspoedige opmars door Noord-Frankrijk en België waren de Amerikanen van de 30ste infanterie 'Old Hickory' erin geslaagd het grootste deel van Zuid-Limburg te bevrijden. Vervolgens wilden de geallieerden op 17 september 1944 met een groot offensief (operatie 'Market Garden') vanuit België een bruggenhoofd over de grote rivieren in Nederland veroveren. Luchtlandingstroepen moesten in een bliksemsnelle aanval bruggen in Noord-Brabant en Gelderland veilig stellen. Vanuit België moesten grondtroepen over de veroverde bruggen naar het IJsselmeer optrekken. Er werden drie complete divisies gedropt: de 101ste US Airborne Divisie bij Eindhoven en Veghel, de 82ste US Airborne Divisie bij Grave en Groesbeek en de 1ste Britse Airborne Divisie bij Arnhem en Oosterbeek. Bij de Amerikanen verliep alles vrij goed. De bruggen over de Maas en het Maas-Waalkanaal bij Heumen en de meeste bruggen nabij Eindboven vielen in hun handen en na harde strijd ook de Waalbrug bij Nijmegen. Maar de Rijnbrug bij Arnhem bleek een brug te ver. De Britse para's werden verrast door Duitse pantsertroepen en moesten zich onder zware verliezen terugtrekken in de Betuwe. Op 19 september ook stagneerde de Amerikaanse opmars in Zuid-Limburg, enkele kilometers ten noorden van Sittard. De frontlinie liep nu dwars door Limburg. In de daaropvolgende maanden ontstond in dit gebied een zware en bloedige strijd, waaronder ook de burgerbevolking zwaar te lijden had. Gedurende de periode oktober 1944 tot maart 1945 werden circa 90.000 Noord-Limburgers ten oosten van de Maas naar de drie noordelijke provincies geëvacueerd. Tussen deze grote groep mensen zaten nauwelijks burgers uit Tegelen. De speling van het lot wilde dat Tegelen, Steyl en Belfeld verschoond zijn gebleven van de door de bezetter afgedwongen verplaatsing. Op 16 december 1944 had 'SS-Oberführer' Leffler het evacuatiebevel voor Tegelen uitgevaardigd. In overleg met de nog aanwezige Nederlandse gezagsdragers werden de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen. Het distributiekantoor van Tegelen werd ingericht als evacuatiebureau. Op eerste kerstdag 1944 bracht Leffler een bezoek aan de gemeente met de 'kerstboodschap' dat iedereen voor ontruiming gereed moest zijn. Hij noemde de toestand in Tegelen even onhoudbaar als die in Venlo, waar een dramatisch voedseltekort heerste. Tegelen had bovendien een groot aantal Venlose burgers opgenomen die waren gevlucht voor de bombardementen op hun stad. Toch kwam het niet tot een evacuatie van de overvolle gemeente. De Britten waren in Midden-Limburg aan een zuiveringsactie begonnen om de hardnekkige Duitse tegenstand te breken. Het doel was de bezetter terug te dringen tot achter het riviertje de Roer. Daarna startten de geallieerden een gecombineerde operatie vanuit het noorden en het zuiden. Vanuit de omgeving van Nijmegen zouden Britse eenheden zich in zuidoostelijke richting een weg banen naar de Rijn. Vanaf de Roer zouden kersvers naar het front gedirigeerde Amerikanen in noordoostelijke richting oprukken om zodoende de Duitse troepen in het gebied van de Niederrhein in de tang te kunnen houden. Deze ontwikkeling deed de bezetter besluiten de evacuatie van Noord-Limburg op te schorten en eerst de burgerij van Midden-Limburg naar de noordelijke provincies te sturen. De inwoners van Tegelen verkeerden in een uiterst benarde positie. Het overbevolkte Tegelen lag in de frontlinie. Buitendien was de voedselvoorziening al weken kritiek. In deze tijd van nood putten vele mensen kracht uit hun geloof. In de gestutte schuilkelders bad menig Tegels gezin rozenkrans na rozenkrans. Velen schreven het afgelasten van de evacuatie toe aan de tussenkomst van Maria. Oprichting Op tweede kerstdag 1944 legde pastoor E. Keuller met drie personen uit de burgerij een drievoudige gelofte af in de noodkapel van het Tegelse ziekenhuis. Indien Tegelen gespaard zou blijven voor evacuatie, hongersnood en verdere oorlogsrampen, zou er gedurende 25 jaar geen carnaval gevierd worden, zou er een bedevaart naar een genadeoord van O.L. Vrouwe worden ondernomen en zou in de gemeente een beeld van O.L. Vrouwe worden geplaatst. Deze laatste gelofte werd ingelost in 1948. In het Nieuwsblad voor Tegelen, Steyl en Omgeving werd de betekenis van het monument als volgt omschreven: 'Alles had zo geheel anders kunnen zijn. Waarom heeft God juist óns gespaard? Het past ons niet Zijn raadsbesluiten te doorvoersen, doch nú wij gespaard zijn, nu wij kostbare geschenken uit Zijn handen mochten aannemen, nu past ons ook 'n grote dankbaarheid. Dit is 'n ereplicht.' Onthulling Het monument is ingezegend op 9 mei 1948, in aanwezigheid van de vicaris-generaal dr. Fr. Féron. Op deze dag liepen de parochianen van de Sint-Martinusparochie, de Sint-Rochusparochie en de Heilig-Hartparochie in rijen van twee achter de Harmonie Eendracht aan op weg naar het Raadhuisplein waar het beeld werd ingezegend. De geestelijkheid van Tegelen en de regeringscommissie verzocht de deelnemers 'zich stichtend te gedragen en goed te bidden (rechts voor- en links nabiddend)'.
- Charles Vos
- Oorlogsmonumenten
- monument
- 1885
- Beeld
- Sculptuur
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer