Warmond, monument voor burgemeester Ketelaar
Het monument voor burgemeester Ketelaar in Warmond (gemeente Teylingen) is opgericht ter nagedachtenis aan de burgemeester die hier op 6 september 1944 is neergeschoten. Op dinsdag 5 september 1944 gaat het gerucht dat de geallieerden al in Nederland zijn. Breda schijnt zelfs al bevrijd te zijn. Mensen gaan de straat op om de bevrijders welkom te heten en veel Duitsers en NSB'ers slaan massaal op de vlucht. Ook in Warmond gaan burgers, gewapend met vlaggetjes, naar de Rijksweg om uit te kijken naar de bevrijders. Adolphe (Dolf) Johan Louis Ketelaar (Arnhem, 25 juni 1896 - Warmond, 6 september 1944) was van 1940 tot en met 1944 burgemeester van Warmond. Op 4 september duikt hij onder, omdat hij zijn medewerking weigerde om paarden bij boeren te vorderen. Ook wethouder Oudshoorn is niet meer in dorp aanwezig, hij zit in Den Haag. Dit betekent dat op Dolle Dinsdag het gemeentebestuur van Warmond afwezig is. De voormalige bankier Menten zat ondergedoken in Oestgeest toen hij hoorde van de paniek bij de bezetter. Hij keert direct terug naar Warmond. In de afwezigheid van een burgerlijk bestuur gaat hij naar het seminarie, waar de Ortskommandant gevestigd is, om te onderhandelen met de bezetter. Dit doet hij zonder eerst met het lokale verzet te praten. De Duitse leiding geeft aan dat als de burgers zich afzijdig houden, zij de inwoners van Warmond niets zullen doen. Daarnaast moet Menten bij het binnentrekken van de geallieerden bemiddelen voor de Duitsers. Ondertussen heeft burgemeester Ketelaar alweer zijn onderduikadres verlaten en keert hij terug naar Warmond. Hij werd nog niet gezocht door de bezetter. 's Middags bespreekt hij in de tuin van het gemeentehuis de situatie met leden van het verzet. De berichten over de naderende geallieerden blijken niet te berusten op enige waarheid. De bevrijding zal nog lang op zich blijven wachten. Ook gemeentesecretaris Luyten schuift aan bij het overleg. Hij is ook degene die twaalf bewapende Duitse soldaten ziet naderen. De aanwezigen vluchten. De meeste richting de polder, maar burgemeester Ketelaar probeert het huis van de gemeentebode binnen te komen. Dit mislukt echter en hij wordt, terwijl hij probeert over een muurtje achter het gemeentehuis te klimmen, opgepakt door Duitse soldaten. Ook gemeentesecretaris Luyten is opgepakt. In het seminarie worden zij verhoord en worden zij beschuldigd van allerlei zaken. Zo zouden er illegale blaadjes zijn aangetroffen en worden in het gemeentehuis buitenlandse terroristen en wapens verborgen gehouden. Onder druk tekent de burgemeester een verklaring. Luyten mag gaan en moet een mededeling typen waarin staat dat niemand de straat op mag. De vrouw van burgemeester Ketelaar brengt 's avonds een bezoek aan haar man. Niet wetende dat dit de laatste keer is dat zij haar man levend ziet. De volgende dag om negen uur wordt namelijk zijn doodsvonnis voorgelezen en om elf uur wordt hij geëxecuteerd op de begraafplaats bij de oude toren. Op het gemeentehuis wordt gemeld dat er op de begraafplaats een dode burger ligt die voor vijf uur begraven moet worden. Bij de begrafenis is maar een klein gezelschap aanwezig, waaronder de vrouw van de burgemeester. Nog steeds is niet duidelijk waarom de burgemeester is vermoord. Geruchten dat de burgemeester is gefusilleerd om Menten onder druk te zetten zijn nooit bewezen. Oprichting Aanleiding voor oprichting van het gedenkteken was de 50ste herdenking van de bevrijding. Onthulling Het monument is onthuld op 5 mei 1995 door burgemeester G.W. van der Wel-Markerink.
- Mevr. M. Elias van Panthaleon baronesse van Eck
- Oorlogsmonumenten
- monument
- 2026
- Plaquette
- Burgerslachtoffers
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer