Emmen, oorlogsmonument
Het oorlogsmonument in Emmen is opgericht ter nagedachtenis aan alle medeburgers die tijdens de bezettingsjaren door oorlogshandelingen zijn omgekomen. Het gedenkteken waarschuwt tevens tegen onrecht en het gevaar van oorlog. Al direct na de bezetting van ons land was verzetsgroep 'De Geuzen' actief in het Zuid-Hollandse Vlaardingen, Schiedam en andere plaatsen in de omgeving. Te weinig ervaring met ondergrondse strijdmethoden maakte echter een snel en gewelddadig eind aan hun verzetsactiviteiten. Op 13 maart 1941 werden vijftien Geuzen samen met drie leiders van de Februaristaking in Amsterdam door de bezetter op de Waalsdorpervlakte bij Den Haag gefusilleerd. De namen en geboortejaren van de slachtoffers luiden: A.J. de Haas (1903), W. van den Berg (1893), H. Wielenga (1904), F. Rietveld (1904), G. den Boon (1919), D. Kouwenhoven (1916), L. Langstraat ( 1909), B. IJzerdraat (1891), L. Keesmaat (1911), J. Kijne (1895), A. Kop, N.A. van der Burg (1904), R.B. van der Borden (1908), J.J. Smit (1910) en J. van den Ende (1918). De dichter/schrijver Jan Campert schreef naar aanleiding van de ter dood veroordeling van deze verzetsmensen Het Lied der Achttien Doden . Zijn gedicht, dat indertijd grote ontroering in ons land teweegbracht, is aangebracht op het monument. Oprichting Het monument is geplaatst op initiatief van het 4 mei-comité uit Emmen.
- Kees van Renssen (04-10-1941)
- Oorlogsmonumenten
- monument
- 581
- Verzet Nederland
- Beeld
- Sculptuur
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer