Vergunning verleent door de plaatselijke Commandant van de Binnenlandsche Strijdkrachten in de Betuwe aan H.D. Walraven voor het reinigen van zijn woning

Vergunning verleent door de plaatselijke Commandant van de Binnenlandsche Strijdkrachten in de Betuwe aan H.D. Walraven voor het reinigen van zijn woning. "Opheusden 10 juni 1945" "geldig tot 18 juni 1945" "Binnenlandsche Strijdkrachten in de Betuwe Gewest 8 District IX te Kesteren" De schenkster" mevr van der Linde-Walraven was 4,5 jaar oud in 1944. Tijdens de oorlog had haar vader H.D. Walraven een garage in Opheusden. Omdat hij tevens bijdroeg aan het ziekenvervoer had hij lang toestemming een auto te hebben. Het gezin was bevriend met de familie van Zoest die een bakkerij hadden (zie voedselbonnen voor inkoop van 50 rantsoenen gebak). Op 22 februari 1944 kocht dhr Walraven een treinkaartje Arnhem-Nijmegen om inkopen te gaan doen. Op het station van Nijmegen maakte hij het bombardement mee. Hij viel van het platform af tussen de spoorrails. Hij overleefde en bewaarde het treinkaartje altijd, net als de treinkaartjes 's-Hertogenbosch-Eindhoven van zijn evacuatie. In september 1944 werd het gezin geëvacueerd, eerst naar Zetten en toen naar Eindhoven. Aanvankelijk vroeg de familie toestemming aan om naar Leeuwarden te gaan waar ze familie hadden, maar zij moesten verplicht naar het zuiden evacueren. Uiteindelijk duurde de evacuatie 10 maanden. Toen ze terug kwamen was alles kapot. De bakkerij van de familie Van Zoest lag volledig in puin. De familie Walraven verbleef een tijdje in Kesteren en liep dagelijks naar Opheusden om puin te ruimen en het huis bewoonbaar te maken. ook de jonge kinderen liepen mee.