Hofje van Bethanië of Emaus
Hofje van Bethanië of Emaus Dit hofje, gelegen aan de Cellebroedersgracht (in 1879 omgedoopt in Kaiserstraat) aan de noordzijde van het Jeruzalemshofje, werd bij akte dd. 15 oktober 1563 gesticht door vrouwe Agatha van Alckemade, weduwe van ridder Johan van Culenborch, vrouwe van Opmeer, ambachtsvrouwe van Rijnswoude, Lier en Zouteveen, Zegwaard, Zevenhuizen, Zoeterwoude enz. Het bestond uit 13 huisjes voor arme mensen, zowel mannen als vrouwen. Vermelding verdient de bepaling dat men om opgenomen te worden een verklaring moest overleggen van de pastoor van zijn parochie en van "goede eerlijcke buyren", dat men van goed zedelijk gedrag was en vrij van ketterse denkbeelden. De bewoners ontvingen volgens Orlers (deel I p. 150-151) jaarlijks twintig tonnen turf en in drie termijnen, namelijk op Allerheiligen 6 gulden, op Vrouwenlichtmis 5 gulden en op de Ommegangsavond 3 gulden. Zij mochten niet bedelen en het hofje niet verlaten zonder toestemming van "meesters en toezieners". Na hun dood kwam hun nalatenschap aan het hofje. Het toezicht over het hofje berustte bij de erfgenamen van de stichtster en de afstammelingen van deze: zij stelden de regenten of "meesters" aan. De rentebrieven werden in een kist met drie sloten in het Huiszittenhuis van de St. Pietersparochie bewaard, waarvan de erfgenamen, de regenten en de Huiszittenmeesters elk een sleutel onder zich hadden. Bij akte van 7 juni 1709 verkocht de toenmalige patrones van het hofje, vrouwe Florentina barones van Hardenbroeck, vrouwe van Sterkenburg enz., mede uit naam van haar twee minderjarige zoons, haar rechten op het hofje aan de Nederduits Gereformeerde Huiszittenmeesters, die het door vier regenten lieten besturen (Van Mieris, Beschrijving der Stad Leyden I p. 287). Dit hofje werd meestal aangeduid als "Armenhuysinge Bethanië". De naam Emaus, waarmee het hofje ook wel werd aangeduid, komt in de stichtingsbrief niet voor. Volgens Orlers werd het hofje uitsluitend door vrouwen bewoond.
- series
- VII
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer