Landarbeidersvereniging Rilland-Bath, (1919) 1920-1985
Inleiding Op 12 februari 1919 verzond de toenmalige minister van Landbouw, Nijverheid en Handel H.A. van IJsselsteyn een circulaire aan de gemeentebesturen in Nederland inzake de uitvoering van de landarbeiderswet inv.nr.10 . Deze wet bood de mogelijkheid om aan landarbeiders op voordelige voorwaarden geld van het Rijk te lenen om een eigen woning te bouwen op een stuk grond, dat dan in de vrije tijd kon worden bewerkt. De wet liet de mogelijkheid open of deze door een gemeentebestuur of door een vereniging werd uitgevoerd. Op een eerste bijeenkomst op 23 januari 1920, onder voorzitterschap van de burgemeester van Rilland-Bath, werd besloten tot de oprichting van de Vereeniging ter bevordering van de verkrijging van onroerend goed door landarbeiders gevestigd te Rilland-Bath inv.nr.5 . De vereniging werd enerzijds gevormd door aandeelhouders en anderzijds door leden, die jaarlijks contributie betaalden inv.nr.2 . De belangstelling voor de vereniging was groot. Deze liep in de zestiger jaren drastisch terug. De landarbeiderswet werd in 1965 opgeheven. Op 17 december 1985 werd de laatste ledenvergadering gehouden. In deze laatste vergadering werd o.a. besloten het archief van de vereniging aan het Rijksarchief in bewaring te geven. Bij verwijzing naar dit archief zou bij voorkeur de volgende bronvermelding gebruikt moeten worden: Zeeuws Archief (ZA), archiefLandarbeidersvereniging Rilland-Bath, inv.nr(s) ..., daarna verkort als: ZA, Landarb.ver. Rilland-Bath, inv.nr(s) ...
- Archieven Zeeuws Archief
- Archief
- 276
- Landbouw, Veeteelt en Visserij
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer