Tijdens de Duitse bezetting werden bijna alle commissarissen van de Koningin ontslagen door de Duitsers en werden NSB'ers geïnstalleerd met als titel Commissaris der provincie. In Overijssel werd Alexander Eppo baron van Voorst tot Voorst (RKSP) met ingang van 9 augustus 1941 door de NSB'er Egon von Bönninghausen vervangen. Deze vertrok in september 1942 als vrijwilliger van de Waffen-SS naar het Oostfront en werd tijdelijk vervangen door Jos. E. Vogt en vanaf augustus 1943 door Wilhelmus de Rijke.