Op 8 april 1945 werden 10 verzetsdeelnemers bij het onderduikershol in het Evertsbos bij Anloo door de Sicherheitsdienst (SD) geëxecuteerd. Ze waren in het Scholtenhuis in Groningen verhoord en daarna naar het Huis van Bewaring overgebracht. De SD wilde aan het eind van de oorlog geen getuigen achterlaten. Bij het hol waren al eerder drie verzetsdeelnemers gearresteerd en het was een makkelijke plek om lijken te begraven. Na de bevrijding werden de lijken geïdentificeerd en herbegraven.