Ga direct naar: Hoofdnavigatie
Ga direct naar: Inhoud
Alle bronnen

B. van Tricht: Brief (een uitgetypte versie van een met de hand overgeschreven brief van de oorspronkelijk handgeschreven brief met bijlagen (losse vellen papier (A4 formaat))

mei - augustus 1940

De auteur, arts, vertelt in de brief van 7 augustus 1940 hoe hij met zijn echtgenote de Duitsers probeert te ontkomen bij de inval in Nederland. Zijn verhaal begint in Walcheren. Ze maken een lange tocht te voet, per fiets of met een boot, auto of vrachtauto. Hij werkt tijdelijk in het naar Domburg verplaatste ziekenhuis uit Vlissingen. Hij geeft zijn commentaar op het handelen van de overheden en op hun vaak slappe houding. Hij zit soms naast de telefoon om bomalarm te ontvangen, omdat de verantwoordelijke personen gevlucht zijn. Na enkele dagen worden ze per auto naar Vlissingen gereden en steken ze met de achterhoede van de zich terugtrekkende Fransen de Schelde over. De poging een visser zover te krijgen mislukt. Aangekomen in Breskens kan hij meerijden met een voor anderen bestelde ambulance tot Oostburg. Tijdens de tocht kan hij op sommige plaatsen zijn beroep als arts uitoefenen. Hij komt op veel plaatsen langs Rode Kruisposten of kleine ziekenhuizen, waar hij helpt. Tot Sluis, waar teruggetrokken Nederlandse militairen op weg naar Engeland zijn, gaat de tocht met een vrachtwagen mee. Hier huurt hij een auto tot Brugge. België komen ze verder door op een vrachtwagen voor vluchtelingen uit Breda. De Franse grens bij Mouscroun is hermetisch gesloten. Deze gaat twee uur per dag open om een aantal mensen na controle door te laten, zodat er duizenden wachtenden zijn. Hier helpt het Rode Kruisteken dat hij draagt om doorgelaten te worden. Hij neemt een joodse jongen mee, maar deze raakt hij in Frankrijk kwijt. Eindpunt is Monaco. Soms reizen ze samen met anderen. Hij overnacht bij mensen thuis, in kleine hotelletjes of in ziekenhuizen. Via Lille gaat hij lopend naar Parijs. Hij koopt fietsen, zodat de tocht vlotter gaat. De koers moet hij steeds verleggen, omdat de Duitsers oprukken. Hij komt ze zelfs tegen of rijdt langs slagvelden. Hij gaat langs de kust rijden, over kleinere wegen rijden. De auteur, arts, vertelt in de brief van 7 augustus 1940 hoe hij met zijn echtgenote de Duitsers probeert te ontkomen bij de inval in Nederland. Zijn verhaal begint in Walcheren. Ze maken een lange tocht te voet, per fiets of met een boot, auto of vrachtauto. Hij werkt tijdelijk in het naar Domburg verplaatste ziekenhuis uit Vlissingen. Hij geeft zijn commentaar op het handelen van de overheden en op hun vaak slappe houding. Hij zit soms naast de telefoon om bomalarm te ontvangen, omdat de verantwoordelijke personen gevlucht zijn. Na enkele dagen worden ze per auto naar Vlissingen gereden en steken ze met de achterhoede van de zich terugtrekkende Fransen de Schelde over. De poging een visser zover te krijgen mislukt. Aangekomen in Breskens kan hij meerijden met een voor anderen bestelde ambulance tot Oostburg. Tijdens de tocht kan hij op sommige plaatsen zijn beroep als arts uitoefenen. Hij komt op veel plaatsen langs Rode Kruisposten of kleine ziekenhuizen, waar hij helpt. Tot Sluis, waar teruggetrokken Nederlandse militairen op weg naar Engeland zijn, gaat de tocht met een vrachtwagen mee. Hier huurt hij een auto tot Brugge. België komen ze verder door op een vrachtwagen voor vluchtelingen uit Breda. De Franse grens bij Mouscroun is hermetisch gesloten. Deze gaat twee uur per dag open om een aantal mensen na controle door te laten, zodat er duizenden wachtenden zijn. Hier helpt het Rode Kruisteken dat hij draagt om doorgelaten te worden. Hij neemt een joodse jongen mee, maar deze raakt hij in Frankrijk kwijt. Eindpunt is Monaco. Soms reizen ze samen met anderen. Hij overnacht bij mensen thuis, in kleine hotelletjes of in ziekenhuizen. Via Lille gaat hij lopend naar Parijs. Hij koopt fietsen, zodat de tocht vlotter gaat. De koers moet hij steeds verleggen, omdat de Duitsers oprukken. Hij komt ze zelfs tegen of rijdt langs slagvelden. Hij gaat langs de kust rijden, over kleinere wegen rijden. Bevat biografische gegevens. De aanwezige brief is een kopie van een brief op 7 augustus 1940 onvangen van de heer B.van Tricht.(arts). De brief is overgeschreven tijdens de oorlog door de grootmoeder en de dochter van de grootmoeder van de schenker. Zelf heeft de schenker de handgeschreven kopie overgetypt en daarvan een kopie naar het NIOD opgestuurd.

Thema's
Collectie
  • Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
Type
  • Brief (een uitgetypte versie van een met de hand overgeschreven brief van de oorspronkelijk handgeschreven brief met bijlagen (losse vellen papier (A4 formaat))
Identificatienummer van NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies
  • 1768
Disclaimer over kwetsend taalgebruik

Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer

Ontvang onze nieuwsbrief
De Oorlogsbronnen.nl nieuwsbrief bevat een overzicht van de meest interessante en relevante onderwerpen, artikelen en bronnen van dit moment.
WO2NETMinisterie van volksgezondheid, welzijn en sportVFonds
Contact

Vijzelstraat 32
1017 HL Amsterdam

info@oorlogsbronnen.nlPers en media
Deze website is bekroond met:Deze website is bekroond met 3 DIA awardsDeze website is bekroond met 4 Lovie awards