E. Cohen: Dagboek (cahier)

Esther Zipporah Rosa Cohen (1925-1998) is een geboren ‘boekenmens’, afkomstig uit een geslacht van uitgevers en familie van de Gebroeders E. & M. Cohen, een in Nijmegen, Arnhem en later Amsterdam gevestigde uitgeverij en boekhandel. Moeder Rosa van Dam (1889-1938), een geëmancipeerde vrouw die in haar jeugd wis- en natuurkunde studeert, is één van de oprichters van de Joodse sportvereniging Maccabi Nederland, die zich primair richt op het versterken van de joodse gemeenschap middels sport, spel en educatie. Met broer Piet groeit Esther op in de Amsterdamse Van Eeghenstraat. Ze bezoekt het Vossiusgymnasium en later het Joods Lyceum aan de Voormalige Stadstimmertuin in de Amsterdamse Jodenbuurt. In haar dagboekje over de jaren 1938-1941, kort na het overlijden van haar moeder, laat Esther weinig los over haar getroebleerde persoonlijke leven. Veelzeggender is een brief van haar vriend Omar uit mei 1943, ter gelegenheid van Esthers achttiende verjaardag, kort na het overlijden van haar vader Jacques Ezechiël Cohen (1884-1942): ‘In gewone tijden zou ik de bekende algemeenheden en traditioneele wenschen op ernstige en vroolijke wijze aan elkander knoopen, lieveling dit is me nu onmogelijk. We beleven donkere tijden ze zijn in elk menschenleven maar nog nooit zulke tijden als thans. Wat hoop ik, verlang ik met jou en Piet weer samen te zijn. Al wandelden we alleen maar op de Willemsparkweg en dan mag Piet gek doen en ik dwaas en jij giechelen.’ Esther duikt onder in Badhoevedorp en Eibergen. Tijdens de laatste dagen van de oorlog sluipt ze, samen met een vriendin, door de Duitse linies en komt ze terecht in een Brits kamp voor displaced persons, waar ze kan werken als tolk. Kort na de bevrijding probeert Cohen de tijdens de oorlog geliquideerde uitgeverij tevergeefs weer op te starten. Tussen 1954 en 1975 werkt ze voor het Instituut voor Perswetenschap. Esther Zipporah Rosa Cohen (1925-1998) is een geboren ‘boekenmens’, afkomstig uit een geslacht van uitgevers en familie van de Gebroeders E. & M. Cohen, een in Nijmegen, Arnhem en later Amsterdam gevestigde uitgeverij en boekhandel. Moeder Rosa van Dam (1889-1938), een geëmancipeerde vrouw die in haar jeugd wis- en natuurkunde studeert, is één van de oprichters van de Joodse sportvereniging Maccabi Nederland, die zich primair richt op het versterken van de joodse gemeenschap middels sport, spel en educatie. Met broer Piet groeit Esther op in de Amsterdamse Van Eeghenstraat. Ze bezoekt het Vossiusgymnasium en later het Joods Lyceum aan de Voormalige Stadstimmertuin in de Amsterdamse Jodenbuurt. In haar dagboekje over de jaren 1938-1941, kort na het overlijden van haar moeder, laat Esther weinig los over haar getroebleerde persoonlijke leven. Veelzeggender is een brief van haar vriend Omar uit mei 1943, ter gelegenheid van Esthers achttiende verjaardag, kort na het overlijden van haar vader Jacques Ezechiël Cohen (1884-1942): ‘In gewone tijden zou ik de bekende algemeenheden en traditioneele wenschen op ernstige en vroolijke wijze aan elkander knoopen, lieveling dit is me nu onmogelijk. We beleven donkere tijden ze zijn in elk menschenleven maar nog nooit zulke tijden als thans. Wat hoop ik, verlang ik met jou en Piet weer samen te zijn. Al wandelden we alleen maar op de Willemsparkweg en dan mag Piet gek doen en ik dwaas en jij giechelen.’ Esther duikt onder in Badhoevedorp en Eibergen. Tijdens de laatste dagen van de oorlog sluipt ze, samen met een vriendin, door de Duitse linies en komt ze terecht in een Brits kamp voor displaced persons, waar ze kan werken als tolk. Kort na de bevrijding probeert Cohen de tijdens de oorlog geliquideerde uitgeverij tevergeefs weer op te starten. Tussen 1954 en 1975 werkt ze voor het Instituut voor Perswetenschap. Bevat foto's en uitvoerige correspondentie van de familie Cohen en vrienden uit de jaren 1922-2001. Bevat tevens een cahier met een verslag van Jacques Ezechiël Cohen, vader van Esther, over de ontstaansgeschiedenis van het bedrijf Gebroeders E. en M. Cohen . Jaartal van het verslag is onbekend.