Ga direct naar: Hoofdnavigatie
Ga direct naar: Inhoud
Alle bronnen

Dat dit tot problemen leidde, bleek, toen er in october 1951 een brief van het Registratuurbureau kwam, waarin vermeld werd dat "de verzorging van het archief sinds geruime tijd te wensen overlaat". "In verschillende gevallen zijn de stukken niet, ondoelmatig of onjuist geordend, geen aandacht is besteed aan tijdige afvoering van daarvoor in aanmerking komende dossiers en aan vernietiging van stukken". "Het registratuurbureau wenst daarom ook niet nader in te gaan op de dagelijks terugkerende bezwaren, welke aan voortduring van deze toestand verbonden zijn, en geeft het college van Burgemeester en Wethouders dringend in overweging maatregelen te nemen om tot verbetering daarvan te komen". Het zou echter nog tot september 1956 duren voordat er daadwerkelijk actie ondernomen werd. Toen, op 19 september 1956 kwam men via het Registratuurbureau in contact met de heer H.N.J. Bots, referendaris ter gemeente-secretarie van 's-Hertogenbosch, die bereid was het gehele archief te herordenen. Dit verzoek van de gemeente kwam voort uit de omstandigheid dat in 1957 het nieuwe gemeentehuis in gebruik zou worden genomen en men graag zag dat de registratuur geheel bij, en het archief geordend was. Vanaf juni 1957 tot januari 1958 reisden archiefstukken tussen Lith en 's-Hertogenbosch heen en weer. Bij stukjes en beetjes kreeg Lith weer een geordend en goed toegankelijk archief. Door de algehele revisie kwamen vele, tot dan toe, ontbrekende stukken weer boven water en konden zo dossiers weer compleet gemaakt worden. Na deze revisie-werkzaamheden bleek Lith wel degelijk over een volledig archief te beschikken. Deze volledigheid was vooral te danken aan de omstandigheid dat er nooit archivalia waren vernietigd. Er was nu een "volledig" begin om mee te gaan werken. Als logisch gevolg van bovengenoemde revisie-werkzaamheden verscheen er op 25 januari 1958 een vernietigingslijst met daarin vermeld de stukken uit de periode 1939-1957, welke waren vernietigd. Weliswaar werd vanaf dat moment het archief redelijk bijgehouden, doch de opschoning en vernietiging kregen minder aandacht. Pas in 1975 verscheen weer een vernietigingslijst en uit de werkzaamheden in het kader van deze inventaris is gebleken dat opnieuw achterstanden in de opschoning en vernietiging moesten worden weggewerkt. Over deze werkzaamheden wordt nader ingegaan in het hiernavolgend onderdeel III, de verantwoording van de inventarisatie. V. van Campenhout, een ambtenaar van de gemeente Alem c.a., werkte regelmatig in Lith het archief bij om de overgang zo geleidelijk mogelijk te doen verlopen. In 1958 werd vastgesteld dat de invoeging van het archief van de voormalige gemeente Alem c.a. een enorm werk zou worden. Dit klopte wel, want in 1960 werden nog steeds regelmatig werkzaamheden verricht ten behoeve van dit invoegen. Na drie jaar arbeid waren deze werkzaamheden voltooid. Gedurende de jaren 1958-1960 had de heer Bots ook de heer V. van Campenhout ingeschakeld bij zijn werkzaamheden aan het archief van Lith. Laatstgenoemde kreeg als taak het bijhouden en aanvullen van het gereviseerde archief. Bots schreef hierover; "Gezien de moeilijkheden waarmee de heer Van Campenhout te kampen heeft gehad, kan ik niet anders zeggen dat het door hem verrichtte documentatiewerk in de tijd van juli 1958-juli 1959 het grootste respect afdwingt". "In het licht van de omstandigheden waaronder hij heeft moeten werken, namenlijk achterstand en volledige inwerking in de materie mag hier inderdaad worden gesproken van bizondere prestaties". In 1939 bevond alleen het Lithse archief zich in de gemeentelijke archiefbewaarplaats. De archieven van de voormalige gemeenten Lithoijen en Oijen en Teeffelen hadden per 1 januari 1939 overgebracht moeten worden naar de Lithse archiefbewaarplaats. Echter, door de oorlogsperikelen gebeurde dit pas in 1945. Op 11 april 1945 werd het archief van Lithoijen met paard en wagen overgebracht naar Lith. G. Arts was de vervoerder en hij declareerde voor deze werkzaamheden f 2.50. Het archief van Oijen en Teeffelen volgde in juni 1945. Dit archief werd overgebracht door Th. Leenders, voor een bedrag van f 7.50. Het archief : Vanaf juni 1939 was de gemeente Lith aangesloten bij het Registratuur-bureau van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. In deze maand werd ook officieel overgegaan tot ordening van de archiefbescheiden via de Basisarchiefcode van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Tijdens deze periode werd, in 1957, ook het archief van de gemeente Alem c.a. vrijwel geheel overgebracht en voor een groot deel gesorteerd en gezuiverd. Dat lezen we in het jaarverslag van de gemeente over 1957. Vrijwel geheel overgebracht, omdat gedeelten van het grondgebied van de voormalige gemeente Alem c.a. bij de grenswijziging werden toegewezen aan de gemeenten Empel, Maasdriel en Rossum, waarbij de archiefbescheiden, betrekking hebbend op deze "gebieden" naar deze gemeenten overgebracht werden. Na deze overbrenging werd de toestand van het gehele archief van de nieuwe gemeente Lith bekeken en in 1947 werkte A. Schouten, registrator te Oijen dit bij wegens het "in ongerede geraakt zijn door de oorlogsomstandigheden". Na beëindiging van deze werkzaamheden werd er weinig aandacht meer geschonken aan het archief.

Collectie
  • Archieven BHIC
Type
  • Archief
Identificatienummer van Brabants Historisch Informatie Centrum
  • 7317
Trefwoorden
  • Algemeen bestuur en Politiek
Disclaimer over kwetsend taalgebruik

Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer

Ontvang onze nieuwsbrief
De Oorlogsbronnen.nl nieuwsbrief bevat een overzicht van de meest interessante en relevante onderwerpen, artikelen en bronnen van dit moment.
WO2NETMinisterie van volksgezondheid, welzijn en sportVFonds
Contact

Vijzelstraat 32
1017 HL Amsterdam

info@oorlogsbronnen.nlPers en media
Deze website is bekroond met:Deze website is bekroond met 3 DIA awardsDeze website is bekroond met 4 Lovie awards