Divers herdenkingsmateriaal afkomstig uit de nalatenschap van Ernst Sillem (Baarn, 14 juli 1923 - Ca...

Divers herdenkingsmateriaal afkomstig uit de nalatenschap van Ernst Sillem (Baarn, 14 juli 1923 - Carpentras [Frankrijk] 17 oktober 2020). Verzetsdeelnemer. (I). Verzamel-/ herdenkingsmunt met als thema het concentratiekamp Natzweiler-Struthof. Betreft een goudkleurige ronde munt, met op de voorzijde de poort van Natzweiler-Struthof afgebeeld. Aan de bovenzijde in reliëf de tekst: ‘Struthof. Ancien camp de concentration de Natzweiler’. Aan de achterzijde een afbeelding van het gebouw van de Monnaie de Paris. Rondom in de buitenste rand een ingegraveerd randschrift met de naam ‘Frankrijk’ in acht talen. In de binnenste rand rondom 28 sterren aan de bovenzijde onderbroken door het woord ‘France’ en aan de onderzijde door het jaartal ‘2016’. (II). 4 vrijheid-pinnen van het Nationaal Comite 4 en 5 mei. Betreft een pinnen in de vorm van een blauwe fakkel met rode vredesduif als vlam. (III). Pin met de Nederlandse en Franse vlag. (IV). Pin met rood-geel-blauwe baan In de gele baan in goud: ‘42 ND’ (betreft het Amerikaanse 42nd Infantry Division dat concentratiekamp Dachau bevrijde). (V). Dasspeld van de Stichting 1940-1945. Betreft een goudkleurige dasspeld met symbool van de Stichting 1940-1945; 3 witte bloemen met tralies en prikkeldraad. Ernst Sillem werd in 1923 in Baarn geboren als oudste zoon, in een gezin van vijf kinderen (2 broers en 2 zussen), van vader Albert Hieronimus Sillem (1897-1974) en moeder Anna Herculine Alexandrine Beels (1896-1995). In het eerste oorlogsjaar zat Ernst in de eindexamenklas van het Baarnsch Lyceum, samen met zijn vriend Geert Jaap Gilles (‘Jaap’) van Mesdag (1922-2015). Nadat de Duitsers Nederland waren binnengevallen kwamen Ernst en Jaap in verzet. Dit begon met het binnengaan van een Duitse opslagplaats waar ze munitie wegnamen. Hiervan maakten ze een bom om de opslagplaats op te blazen. Maar dit plan mislukte omdat de opslagplaats voortijdig werd ontruimd. Daarna brak Ernst in de nacht van 23 januari 1941 in bij het Baarnsch Lyceum waar hij met inkt anti-Duitse leuzen op de muren schreef. Het daaropvolgende politieonderzoek naar de dader liep op niets uit. Na zijn eindexamen ging Ernst studeren aan de Koloniale Landbouwschool in Deventer. Maar het liefst wilde hij samen met Jaap naar Engeland om in militaire dienst te gaan. In de nacht van 31 augustus op 1 september 1942 vertrokken Ernst en Jaap met een vouwkano vanuit Goeree-Overflakkee (Zuid-Holland) richting Engeland. Door noodweer kwamen ze echter in de problemen, en werden na een noodsignaal opgepikt door een schip van de Kriegsmarine. Ernst en Jaap werden naar Rotterdam gebracht en gearresteerd. Ze werden opgesloten in de Rotterdamse gevangenis aan het Haagseveer, en ondervraagd door de Sicherheitsdienst (SD). Na twee weken werden ze naar Polizeiliches Durchangslager Amersfoort gestuurd. In januari 1943 werd dit kamp ontruimd, en gingen Ernst en Jaap op 17 januari op transport naar Kamp Vught (Konzentrationslager Herzogenbusch). Eind juni of begin juli 1943 werden Ernst en Jaap als ‘Nacht und Nebel’ gevangenen op transport gezet naar het Duitse concentratiekamp Natzweiler-Struthof, in de Elzas. Hier verbleven ze totdat ze op 5 september 1944 op transport werden gezet naar concentratiekamp Dachau. Ernst verbleef afwisselend in Dachau en het buitenkamp Dachau-Allach totdat het kamp op 29 april 1945 door de Amerikanen werd bevrijd. Op 27 mei 1945 begon Ernst aan de reis terug naar Nederland. Na de oorlog werd aan Ernst Sillem het Nacht-und-Nebel-Herdenkingskruis, van de Stichting Vriendenkring van oud-Natzweilers 1940-1945, en het Verzetsherdenkingskruis toegekend. Zie ook VMA 19393 voor foto's van Ernst Sillem, en VMA 19395, 19397, 19398 voor onderscheidingen van Ernst Sillem.