Kerstgroep

Voor de Tweede Wereldoorlog beschikte de Sint-Lambertuskerk over een gipsen kerstgroep, die in de kersttijd stond opgesteld in het schip met het Rozenkransaltaar (ook bekend onder de naam Sint-Martinusaltaar). Vermoedelijk liepen de beelden tijdens de Tweede Wereldoorlog zodanige schade op dat ze na de bevrijding niet meer bruikbaar waren. Pastoor-deken Debye achtte in elk geval een nieuwe kerstgroep noodzakelijk voor de als noodkerk functionerende markthal. Toen Debye vermoedelijk begin 1946 in contact kwam met de Tegelse beeldhouwer Piet Killaars verzocht hij deze een nieuwe kerstgroep te vervaardigen. De aflevering van de in klei geboetseerde groep geschiedde in twee etappes: in december 1946 Jozef, Maria, Jezus, drie koningen en twee herders en een jaar later nog een herder, een engel en drie schapen. Killaars ontving 1150 gulden als honorarium voor deze opdracht. De parochianen zullen op z’n minst even hebben moeten wennen aan de beelden in geglazuurd gres. Killaars’ kerstgroep vertoont dan ook weinig overeenkomsten met de in deze streken gangbare kerstgroep die veelal een uiting van katholieke volkskunst was. De beelden van Killaars ademen expressionisme: hij deed geen enkele poging de figuren levensecht weer te geven, maar probeerde er zijn eigen gevoelens in tot uiting te brengen. Dit leidde tot hoekige beelden met een minimum aan details, die juist daaraan hun grote zeggingskracht ontlenen.