Executieplaats nabij Emmapiramide (Rozendaal)

In de bossen nabij de Emmapiramide werden op 13 december 1944 tien jonge mannen geëxecuteerd door de Sicherheitsdienst. Het betrof een represaillemaatregel van Hanns Albin Rauter voor het schieten op posten van Fallschirmjäger. De mannen waren afkomstig uit het gehele land en waren met velen opgesloten in een gebouw van de Rotterdamsche Bank in Velp. Dit gebouw was voor door de SD omgevormd tot noodgevangenis en stond onder leiding van Obersturmführer Arno Bernhard Huhn. Op 14 januari 1945 executeerde de SD nog eens zeven mannen in de omgeving van de Emmapiramide. Ook dit betrof gevangenen uit de Rotterdamsche Bank. Ze waren betrapt terwijl zij een ontsnappingsplan voorbereidden. Na de oorlog heerste er lange tijd onduidelijkheid over het lot van de geëxecuteerde mannen. Door verklaringen van Huhn werden in april 1947 twee massagraven ontdekt nabij de Emmapiramide.