Koloniaal Instituut wordt kazerne van Ordnungspolizei
Het Koloniaal Instituut voor de Tropen aan de Amsterdamse Mauritskade en Linnaeusstraat wordt eind 1940 de uitvalsbasis voor de Ordnungspolizei in de hoofdstad. Vanuit hier vertrekken de troepen om de Februaristaking neer te slaan en verschillende razzia's uit te voeren. Het gebouw dient ook als gerechtszaal. Twaalf verdachten van de aanslag op het Bevolkingsregister worden hier ter dood veroordeeld.
Charmeoffensief
De Ordnungspolizei is naast het handhaven van de openbare orde ook verantwoordelijk voor het bevorderen van de verhoudingen tussen de bezetter en de Nederlandse bevolking. Eén van de initiatieven van het politiebataljon in het Koloniaal Instituut zijn de Kinderspeisungen. Amsterdamse kinderen die geregistreerd staan bij de gemeentelijke kindervoeding worden uitgenodigd om in de Marmeren Hal macaronisoep of stamppot te eten. In januari 1941 eten 2.500 Amsterdamse kinderen macaronisoep en de volgende maand eten 1.300 kinderen stamppot.
Februaristaking
Het handhaven van de openbare orde doet de Ordnungspolizei het eerst echt hardhandig tijdens de Februaristaking. Het politiebataljon krijg het bevel om de stakers met opgeplante bajonet uiteen te drijven en bij tegenstand direct hun vuurwapen te gebruiken.
In 1942 spreekt in het In het Koloniaal Instituut te Amsterdam de Duitse minister van Financiën, Johann Ludwig (Lutz) Graf Schwerin von Krosigk, voor vertegenwoordigers van de Duitse Kamer van Koophandel in Nederland, de Rijkscommissaris, leden van de Wehrmacht en hoge Nederlandse autoriteiten over de problemen van de oorlogsfinanciering.
Beeld en GeluidAanslag
Vanuit de gevangenis op de Weteringschans worden 21 verdachten overgebracht naar het Koloniaal Insitituut. Op 18 juni 1943 staan ze terecht voor het SS- und Polizeigericht in de Kleine Aula, nu de Mauritszaal. Ze worden hier berecht omdat een deel van de aanslagplegers een politieuniform dragen wanneer ze het Bevolkingsregister in brand steken.
In de ruimte met de koninklijke toiletten en de garderobe zitten de verdachten waarschijnlijk kort opgesloten. Daarna zijn ze via de Marmeren Hal naar de geïmproviseerde rechtszaal in de Mauritszaal, toen de Kleine Aula, gebracht.
Wie waren er betrokken bij de aanslag op het bevolkingsregister in Amsterdam?
Meer over Betrokkenen aanslag bevolkingsregisterVonnis
Veertien verdachten worden ter dood veroordeeld. De jonge artsen Cees Honig en Willem Beck ontkomen dit lot, de doodstraf wordt vanwege hun leeftijd omgezet naar vijftien jaar tuchthuis. De overige verdachten worden veroordeeld tot het tuchthuis, de gevangenis of het concentratiekamp. Zo moeten Antje Roos, zus van terdoodveroordeelde Cornelis Roos, Geertruida van Essen, verloofde van terdoodveroordeelde Karl Gröger en Elsa Maris, vriendin van terdoodveroordeelde Coos Hartogh, naar de vrouwengevangenis in Kleef.
Op de ochtend van 30 juni 1943 krijgen de twaalf terdoodveroordeelden te horen dat ze de volgende dag worden gefusilleerd. Op 1 juli 1943 zijn de verzetsmannen in de duinen van Overveen doodgeschoten.
Karl Gröger (Wenen, 7 februari 1918 – Overveen, 1 juli 1943) was een Oostenrijkse verzetsdeelnemer in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog, die na de Anschluss naar Nederland was vertrokken. Direct na de Duitse bezetting werd hij door de bezetter opgeroepen voor dienstplicht. Nadat bekend werd dat hij deels van Joodse afkomst was werd hij weer uit militaire dienst ontslagen en sloot hij zich aan bij het verzet. Wegens zijn betrokkenheid bij de Aanslag op het Amsterdams Bevolkingsregister werd hij uiteindelijk gearresteerd en op 1 juli 1943 geëxecuteerd.
Meer over Karl GrögerRazzia
Twee dagen nadat het Koloniaal Instituut als rechtszaal gediend heeft, wordt de volgende groep slachtoffers verzameld. Op 20 juni 1943 vindt een grote razzia op Joden plaats in de Amsterdamse Transvaalbuurt en Zuid. De op straat opgepakte Joden worden verzameld in het Koloniaal Instituut. Hier staan ze urenlang met het gezicht naar de muur. Daarna wordt de groep met overvalwagens naar de Polderweg, vlakbij station Muiderpoort, gebracht. Vanaf daar worden de Joden naar doorgangskamp Westerbork getransporteerd. De meeste zijn gedeporteerd naar de vernietigingskampen en vermoord.