Noord-Kraaijertpolder, 1789-1959

Inleiding De Noord-Kraaijertpolder heeft een kadastrale grootte van 279 ha, waarvan 247.41.56 ha schotbare gronden en 15.11.30 ha vronen. De polder ligt in de gemeente 's-Heer Arendskerke. Op 4 april 1696 verleenden de Staten van Zeeland octrooi aan de ambachtsheren van 's-Heer Arendskerke om de schorren ten westen en ten noorden van de West-Kraaijertpolder te bedijken. In het zelfde jaar werd de polder bedijkt. De suatie geschiedde door de suatiesluis in de noordelijke dijk op de Schenge. Ook het oppervlaktewater van de West-Kraaijertpolder werd door deze sluis gespuid. In verband met de inpoldering van de Schenge werd in 1875 het waterschap voor de uitwatering door de Sluis in de Piet opgericht, waarbij ook de Noord-Kraaijertpolder was aangesloten. In verband met de polderconcentratie op Zuid-Beveland werd de polder opgeheven en opgenomen in het per 1 januari 1959 nieuw gevormde waterschap De brede watering van Zuid-Beveland. Toch loopt het archief nog verder, doordat het polderbestuur de lopende zaken in 1959 afhandelde. Literatuur Provinciale almanak, 1958. Inventaris van het archief van de Staten van Zeeland, register van octrooien, inv. no. 1777.